
De lendenwervelkolom (lumbaal) bestaat uit vijf wervels, L1 t/m L5 met daaronder de vergroeide heiligbeenwervels (sacraal), S1 t/m S5 en het staartbeen. Tussen twee wervels ligt een tussenwervelschijf, de schijf is elastisch en fungeert als schokdemper. De kern (de nucleus) van de tussenwervelschijf bestaat uit een geleiachtige massa. In geval van een hernia is er sprake van een uitpuilende inhoud van de tussenwervelschijf, welke druk kan geven op een zenuw.
Daarnaast kunnen twee wervels in de onderrug ten opzichte van elkaar verschuiven. Deze aandoening wordt spondylolisthesis genoemd en kan diverse oorzaken hebben. Het kan aangeboren zijn, ontstaan na een trauma waarbij de wervel boven het gewricht is gebroken en het kan door slijtage of veroudering ontstaan. In sommige gevallen is er geen duidelijke oorzaak te vinden van de spondylolisthesis.
Normale stand van wervels Wervels ten opzichte van elkaar verschoven
Mensen met een spondylolisthesis hebben voornamelijk last van tintelingen of uitstralende klachten naar de benen, maar soms is er ook sprake van spierzwakte en lage rugklachten.
Of er bij u sprake is van spondylolisthesis wordt vastgesteld aan de hand van lichamelijk onderzoek, een röntgenfoto en in sommige gevallen ook een MRI om de zenuwwortels beter te kunnen boordelen.
Als conservatieve therapie, zoals bijvoorbeeld fysiotherapie, medicatie of een pijnblokkade geen verbetering geven of als de klachten verergeren, kan in overleg met uw behandelend orthopedisch chirurg besloten worden tot een operatie aan uw rug, een lumbale spondylodese. Deze behandeling richt zich op het verminderen van de pijn, waardoor u gemakkelijker en meer kunt bewegen. Het resultaat is afhankelijk van meerdere factoren. Het is vooraf niet goed te voorspellen in hoeverre u baat heeft bij de behandeling.
Redenen (indicaties) om een spondylodese te verrichten:
Uw orthopedisch chirurg zal u uitleggen wat bij u de reden is voor de operatie.
Een spondylodese is een operatie waarbij twee of meer wervels onbeweeglijk aan elkaar worden vastgezet, dit geeft stabilisatie en ruimte voor de zenuwen. Dit vermindert uw pijnklachten of gevoelsstoornissen.
Voor de operatie krijgt u een infuus ingebracht voor de toediening van vocht en medicatie. De operatie vindt plaats onder algehele narcose. Als u slaapt zal er een blaaskatheter bij u ingebracht worden.
Tijdens de operatie ligt u op uw buik. De orthopeed opereert u samen met de neurochirurg. De orthopeed maakt één wond in het midden van de rug of meerdere wondjes aan beide zijden naast de wervelkolom om de wervels te benaderen. Er worden schroeven geplaatst in de betreffende wervels. De neurochirurg legt de zenuwwortels vrij. Dat gebeurt door de wervelboog (deels) weg te nemen, waarna twee ‘ophogers’ (cages) gevuld met synthetisch of eigen bot tussen de wervels worden geplaatst. De orthopedisch chirurg verbindt daarna de wervels met twee staafjes aan elkaar en plaatst bot tussen de wervels, zodat ze aan elkaar vast kunnen groeien. Vervolgens wordt de wond gehecht.
Na de operatie gaat u eerst naar de uitslaapkamer. Hier worden uw vitale functies bewaakt. Daarna gaat u terug naar de verpleegafdeling. Bij een normaal verloop heeft u de eerste vier uur na de operatie bedrust. Daarna mag u opzitten en beginnen met mobiliseren. U krijgt pijnmedicatie.
De dag na de operatie wordt er op indicatie (niet altijd) een röntgenfoto gemaakt. De blaaskatheter en de eventuele drain worden verwijderd. U leert onder begeleiding van een fysiotherapeut lopen met eventueel een passend hulpmiddel. Uw verblijf in het ziekenhuis duurt gemiddeld twee nachten. Het ontslag is afhankelijk van de wond, het mobiliseren en hoe u zich voelt.
Ongeveer twee weken na de operatie komt u terug op de polikliniek voor wondcontrole.
Zes weken na de operatie heeft u de tweede controleafspraak en wordt er een röntgenfoto ter controle gemaakt.
Bij elke operatie bestaat de kans op complicaties en risico’s:
* een plek op het been kan doof aanvoelen.
* krachtsverlies in een been.
* een klapvoet.
* urine of ontlastingsproblemen.
Deze complicaties zijn meestal van tijdelijke aard, maar volledig herstel kan variëren van enkele weken tot maanden.
Om uw revalidatie zo spoedig mogelijk te laten verlopen raden wij u aan om de eerste zes weken onderstaande adviezen op te volgen:
In onderstaande gevallen moet u de arts waarschuwen:
Heeft u vragen na de operatie? Neem dan contact op met de polikliniek orthopedie.
Belt u tijdens kantooruren naar de polikliniek orthopedie: 088 - 70 68 537.
Buiten kantooruren belt u naar de afdeling spoedeisende hulp: 088 - 70 68 889.
Heeft u nog vragen? Meer informatie vindt u op de website: www.bravisorthopediekliniek.nl
Of kijk eens op de website www.zorgvoorbeweging.nl.
07/21